Geef uw mening!
Stuur uw brieven, foto's, afbeeldingen, filmpjes of cartoons naar
theo.kooijmans@gmail.com
Maak het niet te bont. De redactie behoudt zich het recht voor om inzendingen zonder opgaaf van redenen te weigeren.

woensdag 4 juni 2025

Verlenging opvanglocaties asielzoekers in Velp

Er worden twee nieuwe overeenkomsten met het COA (Centraal orgaan opvang
asielzoekers) gesloten om het asielzoekerscentrum aan de Arnhemsestraatweg 348 in Velp en de tijdelijke gemeentelijke opvang aan de Broekstraat 9 in Velp te verlengen.
 

De Arnhemsestraatweg 348 in Velp wordt met 5 jaar verlengd en de Broekstraat 9 in Velp met 1 jaar.

Daarnaast gaat de gemeente Rheden een inspanningsverplichting aan om de Broekstraat 9 in Velp of een vergelijkbare locatie in stand te houden totdat de nieuwe buurten zijn gerealiseerd die op het terrein Gat van Gerritsen aan de Arnhemsestraatweg in Velp en op het voormalige terrein Hupkes-Wijma aan de Spankerenseweg in Dieren zijn voorzien.

De gemeenteraad is hierover niet van tevoren geïnformeerd. Die staat sowieso buitenspel. Die heeft de beslissingsbevoegdheid in 2015 zelf uit handen gegeven aan het college van B&W. Ik heb vorig jaar geprobeerd om dat weer in handen van de gemeenteraad te geven maar daar wilde de gemeenteraad niet aan. Wel zo veilig hè! Dan kun je de verantwoordelijkheid altijd afschuiven op het college van B&W en je handen wassen in onschuld.

Er wordt zo weinig mogelijk ruchtbaarheid aan deze overeenkomsten gegeven maar dit was al lang in voorbereiding. En kijk eens naar de termijn, 5 jaar. Dat overlapt met de volgende zittingsduur (2026-2030) van de gemeenteraad. Als er andere partijen aan het roer komen dan kunnen die hier nog maar bar weinig aan doen. Dit is niet toevallig. Zo regeert dit college over haar eigen graf. Ik zie daar boze opzet in!

Arnhemsestraatweg 348 in Velp: 145 asielzoekers

In 2022 is de opvanglocatie aan de Arnhemsestraatweg 348 door het COA in gebruik genomen. Dit is een regulier AZC. De huidige bestuursovereenkomst en daarmee de opvang van vluchtelingen eindigt op 1 mei 2025. Daarom wordt een nieuwe bestuursovereenkomst voor 5 jaar gesloten die geldt tot 30 april 2030.

Deze locatie valt onder verantwoordelijkheid van het COA en wordt gebruikt voor de opvang van 62 AMV-ers (alleenstaande minderjarige vreemdelingen) en als een kleinschalige opvanglocatie (KSO) met 80 reguliere plekken. Er worden maximaal 145 asielzoekers (incl. statushouders) opgevangen. Indien er minder behoefte is aan opvangplekken van een van de hiervoor genoemde doelgroepen dan kan deze beschikbare capaciteit gebruikt worden voor een van de andere doelgroepen.

Het COA kan de overeenkomst tot tussentijds eenzijdig opzeggen. Er geldt een opzegtermijn van tenminste 6 maanden.

De burgemeester kan om zwaarwegende redenen (openbare orde, veiligheid, volksgezondheid) de overeenkomst eenzijdig opzeggen met een opzegtermijn van maximaal drie maanden om het COA in staat te stellen de opvanglocatie te sluiten.

De overeenkomst kan ook worden opgezegd als het COA tekortschiet in werkafspraken en verplichtingen.  

Broekstraat 9 in Velp: 260 asielzoekers

Deze locatie is een zgn. Tijdelijke Gemeentelijke Opvang (TGO).  Deze opvang wordt volledig gerund door de gemeente. Hier worden maximaal 260 asielzoekers opgevangen. Deze opvanglocatie wordt in ieder geval in stand gehouden tot 15 juli 2026.

Daarnaast gaat gemeente een inspanningsverplichting aan om de Broekstraat 9 of een vergelijkbare opvanglocatie in stand te houden na 14 juli 2026 totdat de opvanglocaties in de nieuwe buurten op het terrein Gat van Gerritsen aan de Arnhemsestraatweg in Velp en op het voormalige terrein Hupkes-Wijma aan de Spankerenseweg in Dieren zijn gerealiseerd. Daar worden zijn samen maximaal 250 opvangplekken voorzien.  

De gemeente ontvangt een bedrag van € 78,- inclusief btw (waar en indien van toepassing) per plek per dag. Dit bedrag wordt vanaf 2026 jaarlijks geïndexeerd volgens de consumentenprijsindex (prijspeil 1 januari 2025).

dinsdag 3 juni 2025

Doesburg let op u saeck!

Doesburg staat op een splitsing van bestuurlijke wegen. Welke weg kiest zij? Blijft de Hanzestad zichzelf trouw? Of laat ze zich meeslepen in een scenario dat haar authenticiteit, karakter en identiteit dreigt te overschaduwen?

Enige tijd terug verscheen het onderzoeksrapport “Nu? Of Nooit?” over de bestuurlijke toekomst van de Liemers. Dat rapport heeft een dwingende conclusie en laat Doesburg eigenlijk geen keuze. Dat terwijl Doesburg wel degelijk een veel beter alternatief heeft. Ik hoop dat Doesburg daar doorheen kijkt en zorgvuldig en bewust beslist wat het beste is voor de Hanzestad.

Het rapport stuurt via een doelredenering aan op een fusie van de gemeenten Zevenaar, Duiven, Westervoort en Doesburg, alsof deze koers al in steen gebeiteld is. Fusie van deze vier gemeenten is de enige mogelijkheid.

De vraagstelling luidde: “Kom tot een ‘gemeenschappelijke’ visie op een toekomstbestendige bestuurlijke organisatie in het gebied van de vier Liemerse gemeenten: Doesburg, Duiven, Westervoort en Zevenaar.”

De vraag stellen is hem beantwoorden. Het rapport vindt het vanzelfsprekend dat deze gemeenten met elkaar verdergaan. Dat is immers het uitgangspunt. De uitkomst staat vast. Het enige dat rest, is de vraag hoe dit vorm moet krijgen.

Er wordt weliswaar aangestipt dat Doesburg ook fusieopties onderzoekt met Rheden en Bronckhorst maar verder gaat het alleen over die ene Liemerse mogelijkheid.

Doesburg wordt zelfs zwaar onder druk gezet om zich in dat scenario te voegen. Dat riekt naar morele chantage.

In het rapport staat: “Het verlies van Doesburg voor de Liemers haalt de samenhang in het gebied en daarmee de vraag bij Zevenaar, de wens bij de raad van Westervoort en het college van Duiven weg om tot herindeling van het gehele Liemerse gebied te komen.

Met andere woorden: als Doesburg niet voor de Liemers kiest dan hoeft het voor de anderen ook niet meer. Een absurde redenering!

De financiële situatie van Westervoort is catastrofaal, een tikkende tijdbom. De ambtelijke fusie tussen Duiven en Westervoort is sowieso al een drama. En Zevenaar staat er financieel ook niet best voor. Zevenaar hield daarnaast heel lang de kaarten tegen de borst en probeerde de indruk te wekken dat ze niet zo nodig hoeft maar dat was slechts schijn. De carnavalskraker over “Liemers City” was meer dan een kwinkslag. Zevenaar deed alsof maar wil juist heel erg graag. Volgens mij kunnen Zevenaar, Duiven en Westervoort het prima zelf rooien. Daar hebben ze Doesburg niet voor nodig.

De Liemers wordt begrensd door de IJssel en de Oude IJssel. De oude historische stad Doesburg grenst weliswaar aan de Liemers maar heeft er nooit deel van uitgemaakt. Dus doe even niet alsof Doesburg een deel van de Liemers is. Dat is geschiedvervalsing. Dat hoeft ook niet want Doesburg heeft historisch en geografisch gezien een unieke eigen positie. Dat maakt Doesburg juist tot wat ze is. Die eigenheid is Doesburgs trots.

Doesburg is meer dan alleen een grensplaats aan de Liemers. Het is een stad met een rijke geschiedenis, een zelfstandige geest en een unieke eigen identiteit. Hou dit zoveel mogelijk vast.

De Hanzestad heeft nauwelijks banden met Zevenaar. Overigens ook niet met Duiven en Westervoort. Laat staan met ’t Gelders Eiland met plaatsen als Spijk, Pannerden, Herwen, Aerdt, Lobith en Tolkamer. Niks ten nadele van die dorpen hoor maar voor Doesburg lijkt me dit een ver-van-m’n-bed show. In zo’n huishouden wordt Doesburg een buitenbeentje dat langzaam wegkwijnt in de Liemerse pot en niet de plek krijgt die het verdient.

En hoe staat ’t met de inbreng van de inwoners van Doesburg. In mijn ogen is dat het allerbelangrijkste. Ik wijs daarbij op het vorig jaar verschenen rapport “Bestuurskracht Doesburg” waarin onder andere staat dat de Doesburgers zich naar buiten toe vooral oriënteren op Rheden/Dieren. Voor de boodschappen, winkelen, werken, onderwijs en ontspanning. Daarna volgen Doetinchem en Arnhem. Zevenaar wordt niet eens genoemd.

Die band wordt bevestigd door de intensieve verkeersstromen over de Ellecomsedijk. De afstand Doesburg-Dieren is letterlijk, figuurlijk en emotioneel korter dan de afstand Doesburg-Zevenaar. Er is niet eens een rechtstreekse busverbinding tussen Doesburg en Zevenaar. Even veelzeggend: de Regiobode brengt in dezelfde editie nieuws uit Doesburg en Rheden. Zevenaar is volledig buiten scope.

Rheden is een natuurlijke partner. Er zijn hechte bestuurlijke, sociale en economische banden tussen Doesburg en Rheden. Dat geldt voor de regionale samenwerkingsverbanden maar ook daarbuiten werken beide gemeenten al veel samen. Doesburg kent een vergelijkbare sociale opbouw en een vergelijkbare sociale problematiek als de gemeente Rheden. De BOA’s van Doesburg, Rheden en Rozendaal vormen samen één team. Er wordt samengewerkt bij buurtbemiddeling, de aanpak van drugsoverlast, rampenbestrijding, bepaalde archieftaken en het recycleplein. Rheden stapt ook over naar dezelfde afvalverwerker. En de drie gemeenten deelden tot voor kort samen één politieteam.

En zie de IJssel niet als een barrière maar als een uniek gemeenschappelijk kenmerk, de rivier die ons verbindt. Maar daar gebruik van! Buit dat uit! Zowel economisch, cultureel, landschappelijk en toeristisch. Rheden is haar toeristische focus al meer en meer aan het verleggen naar de rivier en de IJsselvallei. Wat is er mooier dan samen een visie op de IJsselvallei te ontwikkelen en uit te werken en de historische stad daarin een hoofdrol toe te kennen?

Rheden ligt naast de deur. Wij zijn buren en al lang bevriend. Laten we samen kijken hoe wij de identiteit en het karakter van Doesburg het best kunnen waarborgen. De Rhedense gemeenteraad heeft Doesburg uitgenodigd voor een ontmoeting om hierover te praten. Laten we dat zo snel mogelijk doen!

Beste buren, laten we samen optrekken naar een toekomst vol kansen en gedeeld succes. Jullie zijn en blijven van harte welkom.

Doesburg let op u saeck! Rheden blijft de beste optie.

Theo Kooijmans

Volkspartij Politiek Rheden

zondag 25 mei 2025

Houtstook

Er is veel te doen over het voornemen van het college van B&W om houtstook in de gemeente Rheden te beperken. Onderstaand ons standpunt hierover zoals ik die afgelopen week (di 20/5) in de oordeelsvormende vergadering uitsprak. Aanstaande dinsdag 27/5 neemt de gemeenteraad een besluit over de voorstellenvoorstellen.  

De discussies in de media en de tientallen brieven die we kregen van zowel voor- als tegenstanders van houtstook laten zien dat het een onderwerp is dat veel te weeg brengt onder de bewoners.

Ik kan begrijpen dat je bij veel overlast wilt dat er wordt ingegrepen. Vooral als daar je gezondheid mee is gemoeid. Daar moet aan gewerkt worden.

Daartegenover staan de inwoners die hun verantwoording nemen en er alles aan doen om de overlast van hun houtstook voor hun omgeving te beperken of zelfs helemaal te voorkomen. Sommigen stoken al tientallen jaren zonder daarover een enkele klacht te ontvangen. Moderne stookinstallaties voor houtstook worden ook steeds duurzamer zoals we vorige week konden horen. En het gebruik van houtkachels voor verwarming neemt nog steeds toe in Nederland. Op dit moment hebben ongeveer 1,2 miljoen huishoudens een houtgestookte kachel. Dat ligt voor een groot deel aan de draconisch gestegen energieprijzen. Vooral voor huizen die slecht geïsoleerd zijn en alleen tegen astronomische bedragen geïsoleerd kunnen worden. En mensen willen ook zoveel mogelijk onafhankelijk te zijn van het gasnetwerk of het overbelaste stroomnetwerk dat steeds onbetrouwbaarder wordt. Onafhankelijk van overheden en energieleveranciers die eerst aan burgers gouden bergen beloven om maatregelen te nemen om energie te besparen of energie te winnen en deze vervolgens intrekken zodat je investeringen als een boemerang in het gezicht van de burgers terugkomen. Electrische aangedreven auto’s die onbetaalbaar zijn voor de gemiddelde burger, het heffen van belastingen op energie, het terugdraaien van de salderingsregeling op zonnepanelen en het heffen van terugleverkosten door energiemaatschappijen.

En dan wordt nu een groot probleem van houtstook gemaakt. Dat blijkt volgens de gemeente uit het stijgen van de meldingen van inwoners over houtrookoverlast. Hoe die stijging tot stand komt blijft vaag alsmede de interpretatie van die meldingen. Er komen meer meldingen binnen omdat via de stookwijzer en GGD-meldingen zijn toegevoegd. Hoeveel dat er zijn is niet te zeggen. Het is onduidelijk over hoeveel meervoudsmeldingen dit gaat, over het aantal stookadressen etc. Wel dat in 2021 tweederde van de meldingen afkomstig is uit 3 buurten. Nog meer van de onvergelijkbare grootheden:  In de jaren 2018 t/m 2022 werden er vanuit 40 verschillende buurten en straten meldingen gedaan. In 2024 kwamen er uit alle 7 kernen van de gemeente meldingen. Wat zegt dat dan? Ik weet ’t niet. Als je vergelijkt op aantal buurten dan moet je dat wel consequent doen. En niet buurten vergelijken met dorpen.

In de periode 2023-2024 heeft Rheden controles uitgevoerd naar aanleiding van meerdere handhavingsverzoeken. Daarbij zijn op de adressen waarover de meldingen gingen meerdere controles uitgevoerd waarbij een uitgebreide lijst van onderdelen is gecontroleerd. Op basis van deze controles een besluit genomen. Bij de aangewezen adressen kon in geen enkel geval ‘overmatige hinder’ objectief worden vastgesteld.  Doordat de stooksituatie meestal goed was (kachel, pijp, hout) en doordat het vrijwel nooit mogelijk is om een geur tot een specifiek adres te herleiden. 

Interessant is de reactie op deze handhavingsverzoeken door een groep bewoners uit Dieren. Uit alle inspecties van de ODRA bleek dat zij geen overlast veroorzaken met hun houtkachel. Wel bleek dat slechts enkele klagers bijna dagelijks een melding doen. En dat niet alle klagers echt belanghebbenden waren. Daarnaast dat in 2020 twee houtstokers ernstig zijn bedreigd door een van de klagers.

Het raadsvoorstel vermeldt drie scenario’s:

Scenario 1: Huidige situatie

- Toestaan van het stoken van hout

- Controles inzetten voor ingediende handhavingsverzoeken

- Handhaven wanneer uit controles blijkt dat er sprake is van overmatige hinder

Scenario 2 (voorstel): Algemene regels

- Stookverbod bij code oranje en rood van de Stookwijzer

- Invoeren van een stook-tijdsvenster

- Uitfasering van open haarden

- Geen rookkanalen toestaan in nieuw te bouwen woningen

- Toezicht en handhaving via geplande periodieke controles in het jaar

Scenario 3: Totaalverbod

 - Totaalverbod op het stoken van hout


Het college kiest scenario 2. Dat heeft het volgende effect:

Een stookverbod bij code oranje of rood, en een stook tijdvenster.

Alleen houtstoken van 16 uur ’s middags tot 24 uur ’s avonds. En alleen stoken in de periode oktober t/m maart. Even omgedraaid: niet stoken van 0 uur in de nacht tot vier uur in de middag en helemaal niet stoken in de periode april t/m september.

De stookwijzer kleurt daarnaast in het overgrote deel van de gevallen oranje of rood. Nog even terug naar die bewonersgroep in Dieren. Die hielden dagelijks een stookdossier bij. De periode 1 oktober 2024 tot 1 mei 2025 bestaat uit 212 dagen. Uit dat dossier blijkt dat de stookwijzer 149 keer code rood gaf.  M.a.w. de houtstokers konden maar 63 dagen stoken volgens code rood. Code oranje hadden ze niet eens bijgehouden. Als die er nog bijkomt dan wordt het aantal stookmomenten nog veel verder beperkt.

Dit lijkt me ondoenlijk!

Eerder zijn vanuit de raad meerdere suggesties geopperd om de houtstokers tegemoet te komen. Onder andere de invoering van certificering of een licht vergunningenstelsel voor houtstookinstallaties die aan een aantal voorwaarden voldoen. Ik kreeg niet de indruk dat de wethouder daarvoor geporteerd was. Eerder sterk afwijzend.

Dit gaat voor ons niet werken. Wij stellen daarom voor om de huidige situatie, scenario 1, te bestendigen en verder uit te werken naar een sterk handhavingsbeleid. D.w.z.. houtstook toestaan, serieuze controles bij handhavingsverzoeken, en handhaven en optreden wanneer uit de controles overmatige hinder blijkt. Ga in gesprek met overlastgevers zonder ze op voorhand te veroordelen. Handhaaf ferm bij notoire hinderlastgevers.

Stimuleer het gebruik van moderne houtstookinstallaties en het uitfaseren of vervangen van oude meer vervuilende en overlast gevende installaties. En werk aan actieve en gerichte voorlichting. Moderne houtkachels, zoals Ecodesign-modellen, pelletkachels en stoffilters kunnen de uitstoot van fijnstof (PM2,5) aanzienlijk verminderen met 50% tot  90% ten opzichte van oudere toestellen.   

Scenario 2 is buitenproportioneel. Er worden honderden inwoners ernstig door geraakt terwijl dat helemaal niet nodig is. Met een kanon op een mug schieten. Niet doen!

Laat dit stokpaardje van de milieulobby ons maar voorbij draven. We hebben geen behoefte aan nog meer betutteling.

------------

Er zullen komende dinsdag door verschillende fracties amendementen worden ingediend om het voorstel zoals het er nu ligt (scenario 2) te wijzigen. Wij beraden ons op onze steun (wel of niet) daarvoor. Scenario 2 moet daarvoor van tafel of fors worden afgezwakt in lijn met onze suggesties.  

maandag 5 mei 2025

Kadernotitie Spankerenseweg - Arnhemsestraatweg (4)

In april werden de kaders van de bouwprojecten aan de Spankerenseweg in Dieren (Hupkes-Wijma terrein) en de Arnhemsestraatweg in Velp (Gat van Gerritsen) behandeld.

Ik heb toen gevraagd naar de status van de huidige asielopvang in Velp aan de Broekstraat met 260 asielzoekers en het asielzoekerscentrum aan de Arnhemsestraatweg met 130 asielzoekers waarvan 60 AMV-ers (alleenstaande minderjarige vreemdelingen).

De overeenkomst met het rijk voor de TGO (= tijdelijke gemeentelijke opvang) aan de Broekstraat loopt medio dit jaar af met een optie op verlenging tot 15 juli 2026.

De bestuursovereenkomst met het COA (= centraal orgaan asielzoekers) over het AZC (= asielzoekerscentrum) aan de Arnhemsestraatweg heeft de einddatum (31-12-2024) al bereikt.

Maar dit AZC is nu nog steeds in gebruik. Hoe zit ´t daarmee?

Mijn vragen hierover werden door de wethouder omzeild. Ze wilde er niet op ingaan omdat ze er geen behoefte aan had om dan met feiten om de oren te worden geslagen. Dat was het onderwerp van de vergadering immers niet. En ze had de informatie over bijv. bestuursovereenkomsten op dat moment niet bij de hand.

Vanaf 1 juli 2025 moet Rheden 250 asielzoekers opvangen. Dat aantal is aan Rheden toebedeeld via de Spreidingswet. Vooruitlopend op bouw van de asielopvang op het Hupkes-terrein en het Gat van Gerritsen moet de gemeente 250 asielzoekers ergens anders in Rheden onderbrengen. Dat duurt dus nog wel even want er staan per 1 juli 2026 echt nog geen woningen op deze locaties. Dat zou een wonder zijn en terecht de vraag opwerpen waarom dat op die locaties wel kan terwijl elders in de gemeente nog geen woning van de grond komt. Reken er dus maar op dat de asielopvang aan de Broekstraat zo lang mogelijk in bedrijf blijft. En anders worden er nieuwe locaties gezocht waar ná 1 juli 2026 asielzoekers worden gehuisvest. 

Daarnaast heeft de gemeente aan het rijk beloofd om boven op de geplande asielopvang van deze 250 asielzoekers ook 60 AMV-ers op te vangen. Deze AMV-ers worden niet ondergebracht in de opvang op het Hupkes-terrein en het Gat van Gerritsen maar worden elders gehuisvest.

In totaal worden er de komende tientallen jaren dus 310 asielzoekers in de gemeente opgevangen.

Tot zover. Wordt vervolgd.

dinsdag 29 april 2025

Kadernotitie Spankerenseweg - Arnhemsestraatweg (3)

Nog even wat punten over het plan van het Rhedense college om aan de
Spankerenseg in Dieren (het voormalige Hupkes-terrein) en aan de Arnhemsestraatweg (Gat van Gerritsen) woningbouw te plegen. Naast woningbouw voor woningzoekenden wordt op deze plekken asielopvang ingericht voor 250 asielzoekers voor de duur van 20 jaar. Een permanent AZC.

Onlangs verscheen de “Rapportage 0-meting naar maatschappelijk onbehagen polarisatie en radicalisering Rheden 09-12-2024”. Opvallend in dit rapport is de aandacht voor de wijk Stenfert in Dieren. De wijk werd een groot aantal keren nadrukkelijk genoemd. Onderstaand een kleine bloemlezing.  

Leefbaarheid(p11) 

Een gebied dat er negatief uitspringt wat betreft leefbaarheid in de gemeente Rheden is de wijk Stenfert (bron: Leefbaarometer van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties). Volgens de eindevaluatie van de pilot integrale wijkaanpak Dieren Stenfert gaat de leefbaarheid in deze wijk al jaren achteruit.

Werk en inkomen (p12) 

Een gebied dat er negatief uitspringt wat betreft werk en inkomen in de gemeente Rheden is de wijk Stenfert volgens de eindevaluatie van de pilot integrale wijkaanpak Dieren Stenfert. De zelf- en samenredzaamheid in de wijk is laag en daar hebben bewoners moeite om zelfstandig problemen aan te pakken en op te lossen.

Gemeenschapszin (p14)

‘‘Vroeger waren mensen trots om in Stenfert te wonen. Tegenwoordig verlaten bewoners de wijk als ze het kunnen veroorloven om ergens anders een woning te kopen of te huren. Het is zonde dat bewoners die het kunnen veroorloven vertrekken. We zouden juist meer sterkere bewoners willen aantrekken, zodat de gemeenschap beter in evenwicht is.” (Gemeente Rheden, Ruimtelijke agenda Stenfert, 2024).

Wantrouwen jegens de overheid (p19)

Ook binnen de gemeente Rheden wordt het wantrouwen jegens de overheid, en dan met name richting de gemeente of instituties als de politie sterker dan voorheen gevoeld volgens de respondenten die zijn geïnterviewd in het kader van de 0-meting Dit komt met name voor in de als kwetsbaar aangemerkte wijken als Stenfert, waar het aandeel sociale huur 95% is.

Richting de gemeente uit zich dat bijvoorbeeld rond of tijdens informatie-bijeenkomsten over bijvoorbeeld huisvesting van vluchtelingen. Bewoners voelden zich niet serieus genomen omdat ze in een te laat stadium of te beperkte mate werden betrokken en het gevoel hadden geen input meer te kunnen hebben op de besluitvorming.

einde citaten===============

En dan durft dit college van B&W glashard te beweren dat het plan Spankerenseweg (Hupkes-terrein) gaat bijdragen aan de vergroting van de leefbaarheid in Stenfert.

De integratie van asielzoekers verloopt uiterst moeizaam. Taal, cultuur, religie, verschil in normen en waarden, omgangsvormen, genderrollen, opleidingsniveau en afzondering in eigen kring belemmeren echte integratie. Gezien de gemiddelde verblijfsduur in een AZC zullen er in de loop van 20 jaar zo’n 5.000 tot 10.000 asielzoekers van deze opvang gebruikmaken. De vluchtigheid van het verblijf staat haaks op de beweringen van dit college. Dit draagt echt niet bij aan de leefbaarheid en de sociale cohesie in de buurten. En zeker niet in de wijk Stenfert.

Raadsleden haastten zich naar de interruptie-microfoon om te melden dat ik dit  niet in de raadsvergadering naar voren mocht brengen want zij hadden dit al gehoord en het was immers een herhaling van zetten. Dat was volgens hen niet volgens afspraak.

Zo gaat dat in Rheden. De voortgang van het project wordt in hapklare stukjes opgediend. Het gaat nooit over de context en de achtergronden. Nooit over asielmigratie en de impact daarvan op de Rhedense samenleving. Onze vragen en opmerkingen zijn nooit relevant. Het zijn immers geen zaken die in de onderhavige stukken, in dit geval de kadernotitie, aan de orde zijn. Terwijl ik dit juist voor het algemene beeld en de kaders juist uiterst relevant vindt. Alles in dit asieldossier is aan elkaar gerelateerd. De bredere context en achtergronden van zo'n project zijn belangrijk voor een volledig begrip. Maar de manier waarop de discussie wordt gevoerd waarbij zorgvuldig om asielopvang en de impact daarvan op de samenleving heen wordt gelaveerd roept weerstand op. Niet alleen bij mij maar bij een groot deel van de Rhedense bevolking.

Het opdelen van het asieldossier in kleinere stukken is een strategie om de grotere vragen te vermijden. In de kleine brokjes is asiel nooit het issue. Zo manoeuvreert het college zich door het asieldossier heen. Via losse stukjes die elk op zichzelf staan. Maar die stukjes maken samen juist de complete asielpuzzel. En die toont de gretigheid en het enthousiasme waarmee dit college het asielfiasco blijft faciliteren.

En bij volgende gelegenheden zal ik zeker niet nalaten om deze feiten opnieuw te benadrukken.

donderdag 17 april 2025

Kadernotitie Spankerenseweg - Arnhemsestraatweg (2)

De kadernotitie Spankerenseweg-Arnhemsestraatweg spreekt over minimaal 205 woningen maar bij de beeldvormende vergadering (8-4-2025) bleek dat het ook meer konden worden. De wethouder noemde een aantal van 250 wooneenheden. 

Bij de Spankerenseweg (Hupkes-Wijma terrein) worden ca. 50-60 woningen per hectare voorzien.  Dat terrein is 3 hectare groot. Dat betekent dat er ca. 150-180 woningen worden gebouwd .  Zowel grondgebonden woningen als gestapelde bouw. De maximale bouwhoogte is vijf à zes bouwlagen. Er komt mogelijk (!) een spoorovergang naar/van Stenfert.

Er komen voornamelijk woningen in klassen sociale huur en middenhuur en daarnaast een beperkt aantal koopwoningen.  Aanvankelijk nogal vaag maar het werd wel iets duidelijker in het debat. Die middenhuur,  een groot deel uit van de woningen, is vooral bestemd voor de opvang van asielzoekers, dus niet direct voor de eigen inwoners. Deze woningen worden door de gemeente gehuurd van Vivare en zijn bedoeld voor asielopvang.

Op de locatie Arnhemsestraatweg in Velp wordt hoogbouw gepleegd. Er komt een woontoren met 8 bouwlagen die ca. 18 meter boven de Arnhemsestraatweg uit steekt. Om aan die (totaal) 250 woningen te komen moeten daar dus 70-80 wooneenheden komen.

Dit gebouw krijgt een “iconische representatieve uitstraling met een hoge architectonische zeggingskracht waarbij het hoogteaccent alzijdig georiënteerd is” en er wordt een visitekaartje wordt afgegeven bij de entree van het aantrekkelijke dorpse beeld van Velp en het zal vast goed passen bij de vele historische villa's en buitenplaatsen aan de Arnhemsestraatweg. Daar heb ik even niet van terug! Ik zit van enthousiasme te springen in mijn stoel. Faantaastiiiiiisch!

Volgens mij krijgen de bewoners op de hoogste etages een prachtig uitzicht op de A12 en het verkeer dat op luttele meters van het gebouw voorbij vliedt.  

Het is niet duidelijk hoe de 250 asielzoekers over beide locaties worden verdeeld. Een evenredige verdeling komt uit op ca. 80 asielzoekers in Velp en ca. 170 in Dieren. Maar hier is verder geen uitspraak over gedaan.

Op beide locaties komen ondersteunende voorzieningen voor de opvang van vluchtelingen. Deze ruimten zijn op termijn om te vormen naar woonruimten. Vooralsnog wordt gedacht aan een oppervlakte van 250 – 300 vierkante meter. Dus zo rond het jaar 2050 worden deze ruimten mogelijk omgevormd tot woonruimte. Da’s pas een mooi vooruitzicht. Toch! Over ’n jaar of 25 komen er mogelijk nog ‘n paar woonruimten bij. Het is nog niet zeker maar verheug je daar maar vast op. Ja, zo ken ik er nog ’n paar. Veel beloven maar weinig geven doet de gek in vreugde leven!

En je bent er niet met woonruimte alleen.  De asielindustrie legt een groot beslag op sociale ondersteuning, jeugdhulp, zorg, onderwijs en veiligheid. Ik ben benieuwd hoe die kosten zich in dit verhaal zullen ontwikkelen en hoe de gemeente die in de hand kan houden.

In een vorige vergadering gaf de wethouder aan dat er geen statushouders en AMV-ers (Alleenstaande Minderjarige Vreemdelingen) worden gehuisvest. Maar het is verder afhankelijk van het COA welke mensen hier worden gehuisvest. Uit welke cultuur ze komen, wat hun gewoonten en achtergronden zijn etc.

Vast staat dat de gemeente zich heeft vastgelegd voor de opvang van 250 asielzoekers gedurende een periode van 20 jaar. Asielzoekers verblijven gemiddeld 6 tot 12 maanden in hetzelfde AZC. Dat betekent dat in die 20 jaar tussen de 5.000 en 10.000 mensen deze asielopvang zullen passeren. 

De integratie van nieuwkomers verloopt moeizaam. Taal, verschil in normen en waarden, opleidingsniveau en het zich afzonderen in eigen kring vormen grote hindernissen.  Alle optimisme ten spijt draagt dit niet echt bij aan de leefbaarheid en de sociale cohesie in de buurten. Integendeel, de leefbaarheid van bijvoorbeeld Stenfert komt hiermee juist extra onder spanning te staan. 

Dinsdag 22 april stemt de raad over deze notitie. 

Zie ook Kadernotitie Spankerenseweg - Arnhemsestraatweg (1)

woensdag 16 april 2025

Kadernotitie Spankerenseweg - Arnhemsestraatweg (1)

Gisteren (15-4-2025) werd de kadernotitie Spankerenseweg-Arnhemsestraatwegbesproken in de oordeelsvormende vergadering.

De notitie schetst de ruimtelijke kaders voor de ontwikkeling van bouwlocaties op het Hupkes-terrein (Spankerenseweg in Dieren) en het Gat van Gerritsen (Arnhemse Straatweg in Velp).

Deze terreinen zijn aangekocht met geld dat Rheden ontving van het COA (Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers) voor het vestigen van een asielzoekerscentrum in de gemeente Rheden.  De gemeente kreeg 10 miljoen euro voor de aankoop van deze terreinen. Als een voorschot op de 150 miljoen euro voor de opvang van 250 asielzoekers gedurende 20 jaar.

Het gaat dus over ruimtelijke kaders. Althans dat is de bedoeling. Daarbij probeert het college (geholpen door het grootste deel van de gemeenteraad) de discussie over asielopvang in Rheden, de aanleiding en achtergronden van dit project, te vermijden.

Wij benoemen dit juist wel iedere keer als dit project aan de orde is.  

En dan komt de deugbrigade in actie. Deze keer aangevoerd door het CDA. Ook de ChristenUnie en D66 deden een duit in het zakje.

Mijn opmerkingen hebben ze al eerder van me gehoord, het is niet efficiënt en bovendien en vooral is niet asielmigratie het onderwerp maar de grootte van woningen, sociale huur, middenhuur, koopwoningen, de hoogte van de bouw, de inrichting van het terrein, parkeren, groen, architectuur etc. etc. 

Maar waar het echt op neerkomt is dat ik mijn mond moet houden en dat allemaal niet mag zeggen. En zeker niet telkens opnieuw.  

Zo gaat dat in Rheden. De voortgang van het project wordt in hapklare stukjes opgediend. Daarbij gaat het nooit over het waarom en de achtergronden. Nooit over asielmigratie en de impact daarvan op de Rhedense samenleving.

Onze vragen en opmerkingen zijn in hun ogen niet relevant. Het zijn immers geen zaken die in de kadernotitie aan de orde zijn. Terwijl ik (namens de Volkspartij Politiek Rheden) dit voor het algemene beeld en de kaders juist uiterst relevant vindt. Alles in dit asieldossier is aan elkaar gerelateerd. De bredere context en achtergronden van zo'n project zijn belangrijk zijn voor een volledig begrip. Maar de manier waarop de discussie wordt gevoerd en de focus op ruimtelijke kaders, zonder de bredere context van asielopvang en de impact op de samenleving te bespreken, roept bij mij weerstand op. Het opdelen van het asieldossier in kleinere stukken is daarbij een strategie om de grotere vragen te vermijden. Door de zaken in kleine brokjes op te dienen waarbij asiel niet het centrale issue is manoeuvreert het college zich door het asieldossier heen. Via losse stukjes die elk op zichzelf staan. Maar die stukjes maken samen juist de complete asielpuzzel. En die toont de gretigheid en het enthousiasme waarmee dit college het asieldrama blijft faciliteren.

Morgen een stukje over de inhoud van het debat.

Zie ook Kadernotitie Spankerenseweg - Arnhemsestraatweg (2)

vrijdag 28 maart 2025

Samen sterk

Gemeenten hebben de afgelopen jaren steeds meer taken op hun bord gekregen. Daarnaast wordt wet- en regelgeving steeds complexer. Voor dit alles is kennis, expertise en uitvoeringskracht nodig. En wij willen onze inwoners graag zo goed mogelijk bedienen. Die kennis en kunde komt niet uit de kraan maar moet worden geleverd door mensen. Voor die enorme waaier aan taken is een sterke organisatie nodig met medewerkers die de juiste kennis, kunde en expertise hebben.

Gemeenten kunnen daar steeds minder goed aan voldoen. Als je de mensen niet kunt krijgen om de taken uit te voeren loopt het spaak. Ambtenaren zijn ook mensen die net als iedereen perspectief willen hebben. De trek naar grote gemeenten en andere organisaties (niet persé overheid, ook het bedrijfsleven) is sterk. Naar organisaties die meer kunnen bieden in ontwikkeling, beloning, specialisatie of carrière. Wil je dit allemaal kunnen bieden dan ontkom je niet aan groei.

Een gemeente als Doesburg heeft de grootste moeite om aan alle eisen voldoen. De organisatie is te klein. Als er een medewerker uitvalt dan ligt de boel stil. Dan zijn de inwoners de dupe. Dan raak je jouw inwoners dus direct. Dit gaat echt niet alleen over financiën.

De gemeenten Duiven, Westervoort, Renkum en Brummen zien de problemen die op ze afkomen ook. Zij willen tijdig maatregelen nemen. Al eerder zijn de gemeenten Zevenaar, Bronkhorst, Overbetuwe, Berkelland, Oost-Gelre en Lingewaard uit herindelingen en fusies geboren. En zo kan ik nog wel even doorgaan. Dat is niet omdat het zo leuk is maar dat is ontstaan uit noodzaak.

Rheden trekt het nog prima maar we moeten voorkomen dat dat steeds moeilijker wordt en de kwaliteit (verder) achteruitgaat. Een efficiënte en effectieve organisatie is nodig. En daarvoor zijn ook de juiste mensen nodig die de organisatie runnen. Niet voor jezelf maar voor de inwoners die centraal staan en moeten blijven staan.

En wil je ook invloed hebben en houden op de regionale ontwikkelingen dan heb je voldoende omvang nodig. Rheden was 20 jaar geleden de derde gemeente in de regio Arnhem-Nijmegen. Nu staan we op plaats 6. Aks je verder in de rangorde zakt krijg je ook minder invloed op allerlei regionale ontwikkelingen. Zo werkt dat nu eenmaal.

Onze bestuurskracht en uitvoeringskracht moet sterk genoeg zijn om aan alle eisen te kunnen blijven voldoen. Om voldoende kwaliteit aan onze inwoners te blijven geven. 

We kunnen dan wel politiek verschillen over hoe we dat doen en waar we de accenten op leggen maar volgens mij willen we allemaal dat de gemeente een goede dienstverlening levert van voldoende kwaliteit, dat dat de leefomgeving en voorzieningen op peil zijn en dat we de sociale structuur overeind houden. Daar is een sterke gemeente voor nodig.

Dus …als daarvoor nodig is dat wij opschalen dan moeten we daar serieus naar kijken.

Zoals gezegd: Rheden trekt het nog prima.  Maar alle gemeenten om ons heen zijn in beweging en oriënteren zich op de toekomst. Het zou zonde zijn als wij nu die kans laten lopen. Nu is daarvoor het juiste moment. Nu kunnen we er nog invloed op uitoefenen. Sterker nog, we zijn het verplicht aan onze inwoners om de best mogelijke oplossingen te vinden. Als we afwachten en achterblijven in deze ontwikkelingen dan komen we uiteindelijk onszelf tegen. Dat is mijn overtuiging. Moeten we niet willen. Ik in ieder geval niet.

Een gemeente met 70.000 – 80.000 inwoners met een verscheidenheid aan dorpen, kernen en zelfs een stad.  Ieder met een eigen karakter en identiteit. Dat is in mijn ogen een ideale combinatie. Met ieder een rijk verenigingsleven, activiteiten, tradities en evenementen. Met een unieke omgeving, historie, erfgoed, bos, heide, rivier, water, uiterwaarden etc.…

Niet eenvormig maar met een grote verscheidenheid. En toch nog steeds overzichtelijk. Wat wil je nog meer? Mooier en sterker kun je het volgens mij niet krijgen.

Die kant wil ik graag op!

donderdag 27 maart 2025

Motie VPR - Toewijzing sportaccommodatie De Dumpel – De rek is eruit

Bij de raadsvergadering van 25 maart had ik een motie ingediend over het toewijzen van gebruikstijd en ruimte (gymzaal/sporthal) aan de clubs die in de Dumpel spelen.

Kern van de motie was dat het college zich tot het uiterste dient in te spannen om bij het samenstellen van het gebruiksrooster verdringing van clubs te voorkomen zodat alle clubs op voor hen acceptabele tijd en wijze gebruik kunnen (blijven) maken van de sportaccommodatie.

In het debat erkende de wethouder dat de communicatie met de clubs slecht was en beter moet. Dat zou de gemeente beter gaan doen.

Maar verder wilde hij niet gaan.

Hij wil naar eigen inzicht de gebruikstijden wijzigen en hij sluit verdringing niet uit. Immers clubs groeien en krimpen en hebben afhankelijk daarvan meer of minder zaalruimte en tijd nodig met verdringing tot gevolg. Hij beweerde daarbij glashard inzicht te hebben in de toe- en afname van het aantal leden van clubs. Ik geloof er geen barst van!

Volgens het officiële beleid van de gemeente dienen clubs uit Rheden voorrang te hebben op clubs die van buiten komen. Dat beleid is vastgelegd in de “Beleidsregels prioritering uitgifte binnensportaccommodaties gemeente Rheden”. Die beleidsregels zijn notabene nog geen jaar oud (ingegaan 14 juli 2024). Een vereniging waarvan de meerderheid van de leden uit Rheden komt heeft voorrang boven verenigingen die van buiten komen. Maar ook daar lijkt ie zich niks van aan te trekken. Hij gaf aan zich in te zetten op regionalisering van de sport. Dan wringen die beleidsregels natuurlijk wel. Hij legt ze in dit geval dus gewoon naast zich neer. Die beleidsregels heb ik daarop als oud papier in de raadszaal op de grond gegooid. Ze hebben immers geen enkele waarde. In de prullenmand ermee!!

De meeste andere partijen waren wel tevreden met de uitspraken van de wethouder. Hij gaat immers in gesprek met de clubs en zal de communicatie met de clubs verbeteren. Zij vonden dat de wethouder daarmee dicht tegen de opdracht van mijn motie aanzat.

Na een fel debat haalde de motie het niet. Alleen wij (Volkspartij Politiek Rheden) stemden voor de motie. De andere partijen vonden de toezegging van de wethouder dat hij in gesprek gaat met de clubs voldoende.

3 april gaan de clubs met de gemeente en de wethouder in gesprek. We zullen zien wat dat oplevert.

Bij de raadsvergadering van 25 maart kwam mijn motie over het toewijzen van gebruikstijd en ruimte (gymzaal/sporthal) aan de clubs die in de Dumpel spelen aan de orde.

Onderstaand de tekst die ik uitsprak ter onderbouwing van de motie:

Er is bij een tiental verenigingen/clubs onrust ontstaan over het toewijzen van gebruikstijden en gebruik van de gymzaal dan wel de sporthal van De Dumpel in Velp

Die onrust begon met de verhuizing van handbalclub UDI van Kermisland -Presikhaaf naar De Dumpel. Deze vereniging krijgt veel zaalruimte en gebruikstijd toegewezen waardoor andere verenigingen verdrongen worden naar andere gebruikstijden. Daarnaast worden clubs ingedeeld in de gymzaal terwijl deze in feite ongeschikt is door de aard van de handicap die de sporters hebben of voor de sport die de clubs beoefenen.

In de beantwoording van onze schriftelijke vragen staat dat er gesprekken zijn gevoerd mbt het wijzigen van de toewijzingen van zaalruimte. De vraag is met wie dan? Dergelijke gesprekken vinden niet plaats. In ieder geval niet met de clubs. Jaarlijks worden verenigingen begin van het jaar per mail gevraagd welke zaalruimte ze wanneer willen huren. En dit wordt wederom via een mail in mei/juni toegekend met een overzicht van de speelmomenten voor het komende seizoen en een kostenberekening van de zaalhuur.

Afwijkingen van het gevraagde tijd en ruimte blijken dan pas. Er wordt geen rekening gehouden met de consequenties van een wijziging. Van overleg is geen sprake. Protest mails worden vaak niet beantwoord en argumenten tegen de verandering en wat dat betekent voor de betrokken club worden genegeerd. Zoek het maar uit!

Een stabiele situatie met vaste speelavond en tijd is cruciaal voor een vereniging. Die kun je niet keer op keer veranderen. Kennelijk wordt dat niet onderkend bij de gemeente. Die vindt dat van minder belang. In ieder geval wordt daar te gemakkelijk overheen gestapt bij het toewijzen van de gebruikstijden. Met alle gevolgen vandien.

Een greep uit de problemen die de clubs ondervinden c.q. ondervonden hebben: 

1.    Rolstoelhockeyclub Anhemse Antilope is een deel van het seizoen ingedeeld in de gymzaal die voor hen totaal ongeschikt is. Dat terwijl destijds de sprothal is voorzien van een vloer speciaal voor rolstoelen alsmede brede deuren voor makkelijke toegang voor rolstoelen;

2.    Rolstoelers zijn veelal afhankelijk zijn van speciaal vervoer. Zij mogen niet te laat stoppen omdat ze anders te laat thuis zijn voor verzorging aan huis. Late gebruikstijden zijn uit den boze;

3.    De gymzaal is eveneens minder geschikt voor sporten als volleybal of korfbal terwijl die in enkele gevallen wel was/wordt toegewezen aan deze sporters.

4.    Sios’61 is van de vrijdag naar de donderdagavond gegaan, om UDI de gehele vrijdagavond ter beschikking te stellen. Dat heeft Sios met veel moeite weten te managen naar haar leden toe. Meer wijzigingen leiden tot idem ditto problemen

5.    Recreanten zaalvoetbal moet van de woensdag naar de maandag. Daar is niet over te praten. De club dreigt daardoor te verdwijnen.

6.    BCVM – Batmintonclub de Velpse Meppers zou van woensdag naar naar maandagavond moeten verhuizen. Als dat doorgaat zegt 39% van de leden te moeten stoppen. Ook hier geen discussie mogelijk. Melding bij het sportbedrijf bleven onbeantwoord.

7.    Volleybalvereniging Volta moet verhuizen naar de gymzaal. Deze zaal is minder geschikt voorvolleybal: het plafond met kast voor luchtbehandeling is te laag waardoor de bal er tegenaan gaat en de zaal is kleiin waardoor spelers tegen de muren botsen.

8.    Sinds de komst van UDI  zijn de ruimte en de gebruiksuren voor AHC Velp sterk gekort. De competitie uren van 111 uren naar 64 uren en de trainingsuren van 14 naar 11. Dit betekent dat 6 teams moeten uitwijken naar Valkenhuizen. Terwijl UDI destijds weigerde om te verhuizen naar Valkenhuizen wijkt de hockeyclub, een club van ca. 600 leden waarvan het overgrote deel  van de  leden uit de gemeente Rheden komt, wel uit naar Valkenhuizen. Sterker nog AHC Hockey speelt een groot deel van haar zaalwedstrijden in de Bethaniënhal. Da’s in Arnhem-Presikhaaf. U hoort het goed: dat is in Presikhaaf, de bakermat van UDI. De wereld op zijn kop. Hoe bizar wil je het hebben! 

Er zijn grenzen aan de groei. En dan komt de vraag op tafel hoe je daar als grote vereniging mee omgaat. De hockeyclub en de korfbalvereniging onderkennen dat en zoeken alternatieven, kiezen voor uitwijk en aanvullende ruimte in Valkenhuizen. Ja, zelfs in de Bethaniënhal in Presikhaaf. Ieder moet dat natuurlijk voor zich weten maar het is een hint naar UDI toe. En wellicht zijn er nog andere alternatieven.

De groei van een vereniging mag niet ten koste gaan van het functioneren of zelfs het voortbestaan van andere verenigingen. Verdringing moet te allen tijde worden voorkomen.

Kortom, de rek is eruit!

Wij willen het college graag meegeven wat wij verwachten van het overleg van de gemeente met de clubs dat mede naar aanleiding van onze schriftelijke vragen is gepland.

Het dictum van de motie luidt:

Draagt het college van B&W op: 

·       Om zich tot het uiterste in te spannen om voor de gebruikers van sporthal De Dumpel  een gebruiksrooster 2025-2026 samen te stellen waarmee verdringing wordt voorkomen zodat alle clubs op voor hen acceptabele tijd en wijze gebruik kunnen (blijven) maken van deze sportaccommodatie;

·       De raad uiterlijk vóór 15 mei 2025 te informeren over de resultaten.

DE MOTIE HAALDE HET NIET. DAAROVER MEER IN HET VERVOLGBERICHT.

Bij de raadsvergadering van 25 maart had ik een motie ingediend over het toewijzen van gebruikstijd en ruimte (gymzaal/sporthal) aan de clubs die in de Dumpel spelen.

 

Kern van de motie was dat het college zich tot het uiterste dient in te spannen om bij het samenstellen van het gebruiksrooster verdringing van clubs te voorkomen zodat alle clubs op voor hen acceptabele tijd en wijze gebruik kunnen (blijven) maken van de sportaccommodatie.

 

In het debat erkende de wethouder dat de communicatie met de clubs slecht was en beter moet. Dat zou de gemeente beter gaan doen.

Maar verder wilde hij niet gaan.

Het wil naar eigen inzicht de gebruikstijden wijzigen en hij sluit verdringing niet uit. Immers clubs groeien en krimpen en hebben afhankelijk daarvan meer of minder zaalruimte en tijd nodig met verdringing tot gevolg. Hij beweerde daarbij glashard inzicht te hebben in de toe- en afname van het aantal leden van clubs. Ik geloof er geen barst van!

Volgens het officiële beleid van de gemeente dienen clubs uit Rheden voorrang te hebben op clubs die van buiten komen. Dat beleid is vastgelegd in de “Beleidsregels prioritering uitgifte binnensportaccommodaties gemeente Rheden”. Die beleidsregels zijn notabene nog geen jaar oud (ingegaan 14 juli 2024). Een vereniging waarvan de meerderheid van de leden uit Rheden komt heeft voorrang boven verenigingen die van buiten komen. Maar ook daar lijkt ie zich niks van aan te trekken. Hij gaf aan zich in te zetten op regionalisering van de sport. Dan wringen die beleidsregels natuurlijk wel. Hij legt ze in dit geval dus gewoon naast zich neer. Die beleidsregels heb ik daarop als oud papier in de raadszaal op de grond gegooid. Ze hebben immers geen enkele waarde. In de prullenmand ermee!!

De meeste andere partijen waren wel tevreden met de uitspraken van de wethouder. Hij gaat immers in gesprek met de clubs en zal de communicatie met de clubs verbeteren. Zij vonden dat de wethouder daarmee dicht tegen de opdracht van mijn motie aanzat.

Na een fel debat haalde de motie het niet. Alleen wij (Volkspartij Politiek Rheden) stemden voor de motie. De andere partijen vonden de toezegging van de wethouder dat hij in gesprek gaat met de clubs voldoende.

3 april gaan de clubs met de gemeente en de wethouder in gesprek. We zullen zien wat dat oplevert.

 

Bij de raadsvergadering van 25 maart kwam mijn motie over het toewijzen van gebruikstijd en ruimte (gymzaal/sporthal) aan de clubs die in de Dumpel spelen aan de orde.

 

Onderstaand de tekst die ik uitsprak ter onderbouwing van de motie:

Er is bij een tiental verenigingen/clubs onrust ontstaan over het toewijzen van gebruikstijden en gebruik van de gymzaal dan wel de sporthal van De Dumpel in Velp

Die onrust begon met de verhuizing van handbalclub UDI van Kermisland -Presikhaaf naar De Dumpel. Deze vereniging krijgt veel zaalruimte en gebruikstijd toegewezen waardoor andere verenigingen verdrongen worden naar andere gebruikstijden. Daarnaast worden clubs ingedeeld in de gymzaal terwijl deze in feite ongeschikt is door de aard van de handicap die de sporters hebben of voor de sport die de clubs beoefenen.

In de beantwoording van onze schriftelijke vragen staat dat er gesprekken zijn gevoerd mbt het wijzigen van de toewijzingen van zaalruimte. De vraag is met wie dan? Dergelijke gesprekken vinden niet plaats. In ieder geval niet met de clubs. Jaarlijks worden verenigingen begin van het jaar per mail gevraagd welke zaalruimte ze wanneer willen huren. En dit wordt wederom via een mail in mei/juni toegekend met een overzicht van de speelmomenten voor het komende seizoen en een kostenberekening van de zaalhuur.

Afwijkingen van het gevraagde tijd en ruimte blijken dan pas. Er wordt geen rekening gehouden met de consequenties van een wijziging. Van overleg is geen sprake. Protest mails worden vaak niet beantwoord en argumenten tegen de verandering en wat dat betekent voor de betrokken club worden genegeerd. Zoek het maar uit!

Een stabiele situatie met vaste speelavond en tijd is cruciaal voor een vereniging. Die kun je niet keer op keer veranderen. Kennelijk wordt dat niet onderkend bij de gemeente. Die vindt dat van minder belang. In ieder geval wordt daar te gemakkelijk overheen gestapt bij het toewijzen van de gebruikstijden. Met alle gevolgen vandien.

 

Een greep uit de problemen die de clubs ondervinden c.q. ondervonden hebben: 

1.    Rolstoelhockeyclub Anhemse Antilope is een deel van het seizoen ingedeeld in de gymzaal die voor hen totaal ongeschikt is. Dat terwijl destijds de sprothal is voorzien van een vloer speciaal voor rolstoelen alsmede brede deuren voor makkelijke toegang voor rolstoelen;

2.    Rolstoelers zijn veelal afhankelijk zijn van speciaal vervoer. Zij mogen niet te laat stoppen omdat ze anders te laat thuis zijn voor verzorging aan huis. Late gebruikstijden zijn uit den boze;

3.    De gymzaal is eveneens minder geschikt voor sporten als volleybal of korfbal terwijl die in enkele gevallen wel was/wordt toegewezen aan deze sporters.

4.    Sios’61 is van de vrijdag naar de donderdagavond gegaan, om UDI de gehele vrijdagavond ter beschikking te stellen. Dat heeft Sios met veel moeite weten te managen naar haar leden toe. Meer wijzigingen leiden tot idem ditto problemen

5.    Recreanten zaalvoetbal moet van de woensdag naar de maandag. Daar is niet over te praten. De club dreigt daardoor te verdwijnen.

6.    BCVM – Batmintonclub de Velpse Meppers zou van woensdag naar naar maandagavond moeten verhuizen. Als dat doorgaat zegt 39% van de leden te moeten stoppen. Ook hier geen discussie mogelijk. Melding bij het sportbedrijf bleven onbeantwoord.

7.    Volleybalvereniging Volta moet verhuizen naar de gymzaal. Deze zaal is minder geschikt voorvolleybal: het plafond met kast voor luchtbehandeling is te laag waardoor de bal er tegenaan gaat en de zaal is kleiin waardoor spelers tegen de muren botsen.

8.    Sinds de komst van UDI  zijn de ruimte en de gebruiksuren voor AHC Velp sterk gekort. De competitie uren van 111 uren naar 64 uren en de trainingsuren van 14 naar 11. Dit betekent dat 6 teams moeten uitwijken naar Valkenhuizen. Terwijl UDI destijds weigerde om te verhuizen naar Valkenhuizen wijkt de hockeyclub, een club van ca. 600 leden waarvan het overgrote deel  van de  leden uit de gemeente Rheden komt, wel uit naar Valkenhuizen. Sterker nog AHC Hockey speelt een groot deel van haar zaalwedstrijden in de Bethaniënhal. Da’s in Arnhem-Presikhaaf. U hoort het goed: dat is in Presikhaaf, de bakermat van UDI. De wereld op zijn kop. Hoe bizar wil je het hebben! 

 

Er zijn grenzen aan de groei. En dan komt de vraag op tafel hoe je daar als grote vereniging mee omgaat. De hockeyclub en de korfbalvereniging onderkennen dat en zoeken alternatieven, kiezen voor uitwijk en aanvullende ruimte in Valkenhuizen. Ja, zelfs in de Bethaniënhal in Presikhaaf. Ieder moet dat natuurlijk voor zich weten maar het is een hint naar UDI toe. En wellicht zijn er nog andere alternatieven.

 

De groei van een vereniging mag niet ten koste gaan van het functioneren of zelfs het voortbestaan van andere verenigingen. Verdringing moet te allen tijde worden voorkomen.

 

Kortom, de rek is eruit!

 

Wij willen het college graag meegeven wat wij verwachten van het overleg van de gemeente met de clubs dat mede naar aanleiding van onze schriftelijke vragen is gepland.

 

Het dictum van de motie luidt:

 

Draagt het college van B&W op: 

·       Om zich tot het uiterste in te spannen om voor de gebruikers van sporthal De Dumpel  een gebruiksrooster 2025-2026 samen te stellen waarmee verdringing wordt voorkomen zodat alle clubs op voor hen acceptabele tijd en wijze gebruik kunnen (blijven) maken van deze sportaccommodatie;

·       De raad uiterlijk vóór 15 mei 2025 te informeren over de resultaten.

 

DE MOTIE HAALDE HET NIET. DAAROVER MEER IN HET VERVOLGBERICHT.